De Volkskrant meldt op 11 oktober dat onderzoekers van het gerenommeerde MIT in de Verenigde Staten erin geslaagd zijn om spierweefsel van een ALS-patiënt te kweken op een chip. Voor ALS-onderzoekers is dit een welkome ontwikkeling. Het maakt het mogelijk om deze minispiertjes in te zetten voor onderzoek naar de verschillende subtypen van ALS. Tot op heden moesten onderzoekers het doen met genetisch gemanipuleerde ALS-muizen, die eigenlijk vooral model staan voor de erfelijke vorm van ALS.
Zijn de spiertjes voor het onderzoek een flinke stap vooruit, voor de patiënten is daarmee een therapie nog niet dichterbij gekomen. Of deze nieuwe techniek een grote bijdrage gaat leveren aan het ALS-onderzoek zal moeten blijken. Dat benadrukt ook prof. Leonard van den Berg van het UMC Utrecht. Maar het is wel een belangrijke ontwikkeling die de hoop op een therapie levend houdt.