Neuroloog Bart van de Warrenburg is benoemd tot hoogleraar. Annet Kuysten en Ria van Elderen waren als afgevaardigden van de diagnosewerkgroep HSP op 7 februari aanwezig bij de toespraak rond zijn benoeming, de zogenaamde oratie.
Bart van de Warrenburg is benoemd tot hoogleraar Zeldzame en Erfelijke Bewegingsstoornissen aan het Radboudumc/de Radboud Universiteit. Hij is ook de medisch adviseur bij de diagnosegroep HSP van Spierziekten Nederland.
Onderwerp van zijn toespraak/oratie was ‘zorgvuldig voorwaarts’. Veel collega’s, studenten en familie waren bij de oratie aanwezig. Professor Van de Warrenburg gaf een mooie toespraak over wat hij in de toekomst wil doen op het gebied van zeldzame bewegingsstoornissen. Daarna was er nog een receptie om hem te feliciteren met zijn benoeming.
Professor van de Warrenburg maakt deel uit van onder andere het Radboudumc Research ERN-RND, European Reference Network for Rare Neurological Diseases. Deze link opent in een nieuw tabblad We feliciteren hem met zijn benoeming en wensen hem veel succes met zijn onderzoeken.
Kort verslag van oratie Zorgvuldig Voorwaarts
Hij brengt genetische oorzaken en ziektemechanismen van bewegingsstoornissen in kaart. Daarnaast zoekt hij naar nieuwe vormen van therapie en symptoombehandeling en verbetert zo de kwaliteit van leven van patiënten.
‘Een goede diagnose is vaak een uitdaging. Er zijn al verschillende DNA-fouten bekend, die bewegingsstoornissen veroorzaken. Maar we kennen lang niet alle oorzaken, dus daar is nog veel werk te doen.’ Al die kennis over de erfelijke aanleg zorgde er ook voor dat onderzoekers inmiddels beter begrijpen welke mechanismen de ziekten veroorzaken.
Lang niet voor alle zeldzame bewegingsstoornissen is al een medicijn in ontwikkeling. Daarvoor moeten sowieso eerst de oorzaak en het mechanisme goed in beeld zijn. Maar daarna volgt nog een belangrijke stap, want als onderzoekers een therapie willen testen, moeten ze weten hoe ze effecten van de therapie kunnen meten. ‘We bestuderen daarom eerst het natuurlijke beloop van een zeldzame aandoening, en kijken daarbij bijvoorbeeld naar MRI-scans van de hersenen of stoffen in het bloed. Zo bepalen we hoe we klinische studies het beste kunnen inrichten.’
De ontwikkeling van nieuwe medicijnen is een tijdrovend en duur proces. Daarom kijkt hij ook naar zogenaamde drug repurposing, waarbij gekeken wordt of bestaande medicijnen misschien ook werken bij sommige zeldzame bewegingsstoornissen. Omdat deze medicijnen al zijn geregistreerd, zijn de bijwerkingen al bekend en is toepassing bij andere ziektes goedkoper en sneller. Ook hier is het wel belangrijk zorgvuldig te zijn.
Nog een tactiek om niet voor iedere specifieke aandoening een lang traject van medicijnontwikkeling te hoeven doorlopen, is op zoek gaan naar symptoombehandeling en leefstijlinterventies. Bij zeldzame bewegingsstoornissen zit veel overlap in de symptomen.
Of het nu om oorzaken of behandelingen gaat, onderzoek blijft nodig. Belangrijk hierbij blijft om steeds de zorgvuldigheid voorrang te geven op de snelheid. Geen stappen overslaan en geen binnenbochten nemen, maar ‘zorgvuldig voorwaarts’.
Bron: Radboudumc. Lees het volledige nieuwsbericht op de site van het Radboudumc Deze link opent in een nieuw tabblad