Wandelen was voor mij altijd een grote passie, niet als doel maar meer als middel om bij de sportvelden of in de bergen te komen. Met het klimmen der jaren werd het wandelen uitdagender, zeker toen er een diagnose CIAP bijkwam en de bijbehorende onvermijdelijke polyneuropathie. Maar de zin om te wandelen werd er niet minder om.
Wandelen met CIAP als pensionado
Let op. Dit is een ouder bericht. Het kan zijn dat de inhoud niet meer actueel is.

Wandelen en klimmen
In 1964 nam ik deel aan mijn eerste Himalaya-expeditie met als resultaat de beklimming van een nog maagdelijke top van 7000 meter, maar ook een wandeltrektocht van ruim duizend kilometer langs de grenzen van Tibet. Daarna volgden beklimmingen van tien bergreuzen van 6000 meter in de Himalaya en Andes en vijfenveertig toppen van 4000 meter in de Alpen. Belangrijkste resultaat: vriendschappen voor het leven!
Pensionering
Mijn (eerste) pensionering heb ik gevierd – samen met mijn vrouw – met de pelgrimstocht van achthonderd kilometer naar Compostella. Toen werd ik zestig en begon de periode van “prachtig op weg naar de tachtig”. Nu zit ik in het traject van tachtig naar honderd en wordt het leven (volgens sommigen) “bedonderd”. CIAP is een onderdeel van die bedondering.
Sinds 1990 begon ik last te krijgen van mijn benen: eerst kreeg ik pijn in de voeten en daarna ook gevoelloosheid in de (onder-)benen. In 2007 werd mijn CIAP officieel vastgesteld. Om langer te kunnen lopen, gebruik ik steeds meer mijn nordic walking-stokken; daardoor werden mijn armen bijna sterker dan mijn benen.
Met mijn voormalige Himalaya-vrienden richtte ik 25 jaar geleden de Bergwandelgroep op: elke maand maken wij ergens in Nederland een wandeling (vroeger twintig kilometer, nu tien of minder) en elke zomer gaan wij een weekje naar de Alpen. Om verder in beweging te blijven, gaan mijn vrouw en ik – als jonge tachtigers – tweemaal in de week naar de sportschool voor pilates en fitness en wandelen wij driemaal per week een uur in de Baarnse bossen. Er is goed te leven met CIAP!
Vallen en opstaan
Vier jaar geleden maakte ik kennis met Spierziekten Nederland en kon ik toetreden tot de diagnosewerkgroep CIAP/MGUS-pnp. Daar heb ik veel opgestoken en bijzondere lotgenoten leren kennen. Daarnaast heb ik een valcursus gevolgd van tien lessen, gericht op preventie en training. Op mijn oude dag heb ik geleerd om een judo-koprol te maken bij een val zonder mijn polsen te breken. Ook de loopgang-analyse bij het UMC Utrecht was zeer nuttig. Dat geldt eveneens voor het Spierziektecongres in Veldhoven met een uitstekende presentatie van Willeke Kruithof over “Verbeteringen bij het lopen” (zie: Mijn Spierziekten: Verslagen en presentaties van de sprekers Deze link opent in een nieuw tabblad).
Het wandelen blijft voor mij een groot deel van mijn levenslust; bij mijn begrafenis hoop ik vóór de rouwstoet uit te lopen…