Een eigen bedrijf beginnen

Heb je een uitkering wegens arbeidsongeschiktheid en wil je een eigen bedrijf beginnen? Dat vraagt een goede voorbereiding. Begin daarom met rustig oriënteren. Wat wil je gaan doen? Wat spreekt je aan? Hoe doen anderen het in die branche? Als je plannen iets concreter worden, maak dan een afspraak met de arbeidsdeskundige bij het UWV om ze te bespreken.

Belastingtechnisch zijn er twee vormen van zelfstandigheid:

  1. resultaat uit overige werkzaamheden of
  2. winst uit onderneming.

In beide gevallen kun je de kosten die je maakt om de opdrachten uit te voeren met je inkomsten verrekenen. Om winst uit onderneming te kunnen aangeven, moet je door de Belastingdienst erkend worden als ondernemer. Je krijgt dan extra fiscale voordelen. Er geldt geen urenvereiste voor het ondernemerschap. Je kunt dus ook ondernemer zijn als je maar een paar uur per week in je onderneming werkt.

Onderzoeksperiode

Als de arbeidsdeskundige in de plannen gelooft, kent het UWV een onderzoeksperiode toe. In die periode kun je met behoud van uitkering je plannen verder uitwerken, trainingen volgen, de toekomstige markt verkennen en afspraken maken met de Kamer van Koophandel en de Belastingdienst.

Heb je geld nodig om de onderneming te starten en wil een bank je dat vanwege je ziekte niet lenen? Dan kom je mogelijk in aanmerking voor een starterskrediet of een voorbereidingskrediet van het UWV.

Heb je een voorziening nodig om te werken? Een aangepaste werkplek, aangepast vervoer of een andere voorzieningen? Vraag die aan bij het UWV.

Besluit je na de onderzoeksperiode om inderdaad als zelfstandige aan de slag te gaan, dan worden je inkomsten (na aftrek van de kosten) met je uitkering verrekend.

Erkend ondernemer

Ben je door de Belastingdienst erkend als ondernemer, dan kun je bij de aangifte inkomstenbelasting gebruikmaken van een aantal fiscale voordelen waaronder de zelfstandigenaftrek en startersaftrek. Dat laatste kan alleen als je minstens 1225 uur per jaar in de onderneming steekt. Voor mensen met een arbeidshandicap is dat vaak niet haalbaar.
Om hen tegemoet te komen, is een speciale startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid in het leven geroepen. Om in aanmerking te komen voor deze aftrek hoef je maar achthonderd uur in je onderneming te werken.

Als je toch moet stoppen

Moet je noodgedwongen stoppen omdat je het vanwege je ziekte toch niet volhoudt? Wanneer dat binnen vijf jaar na de start van het eigen bedrijf gebeurt, val je terug in de uitkering die je voorheen ook had. Dat geldt zelfs tot tien jaar na de start van het bedrijf, als de oorzaak dezelfde is als waarvoor je voorheen een arbeidsongeschiktheidsuitkering kreeg, bijvoorbeeld doordat je een progressieve spierziekte hebt. Er is dus een vangnet als je het onverhoopt niet redt als zelfstandige.

Meer informatie